Hormonen op hol – Voor- & Nadelen van castratie bij reu en teef

Dat is de titel van een hoofdstuk uit het boek ‘Hondengedrag begrijpen’. Het boek geeft inzicht in hondengedrag en dit hoofdstuk gaat over de effecten van hormonen op het gedrag van honden. Veel hondenbezitters vragen zich af of ze hun hond zullen laten castreren of niet. In dit artikel hebben we de belangrijkste punten over geslachtshormonen en effecten van castratie uit dit hoofdstuk op een rij gezet:

 

Wat zijn hormonen?

Hormonen zijn boodschappers in het hondenlijf. Ze maken communicatie mogelijk tussen de miljarden cellen waaruit het hondenlijf bestaat. Onder invloed van hormonen doorlopen honden, net zoals mensen, de puberteit. Deze begint als de hond tussen de zes en de twaalf maanden oud is, afhankelijk van de grootte van de hond en wat individuele verschillen. Honden zijn pas volledig fysiek en mentaal volwassen als ze anderhalf tot drie jaar oud zijn.

Er zijn veel verschillende soorten hormonen. De hormonen waar het tijdens de puberteit om draait zijn geslachtshormonen. De verhouding waarin deze hormonen aanwezig zijn in het hondenlijf verschilt tussen reuen en teven, vandaar deze benaming. Geslachtshormonen worden vooral geproduceerd in de testikels van de reu en de eierstokken van de teef. Voor reuen is testosteron veruit het belangrijkste hormoon. Na de puberteit is de concentratie testosteron, op wat schommelingen na, redelijk constant. Voor teven zijn oestrogenen en progesteron belangrijk. Deze hormonen komen vrij in een bepaalde cyclus, waardoor teven gemiddeld iedere zeven maanden loops worden. Geslachtshormonen reguleren niet alleen de voortplanting, maar vervullen ook andere belangrijke functies in het lichaam. Ze hebben bijvoorbeeld invloed op het energieniveau en de gemoedstoestand en ze dragen bij aan gezonde botten en weefselvernieuwing.

 

Castratie en sterilisatie

De puberteit gaat soms hand in hand met de keuze de hond te laten castreren of steriliseren. Hoewel bij teven standaard wordt gesproken over sterilisatie, is die term eigenlijk niet correct. Bij teven worden namelijk de eierstokken verwijderd en soms ook de baarmoeder. Bij verwijdering van organen is castratie de juiste term voor de ingreep, ongeacht het geslacht van het dier. Teven worden dus net zoals reuen gecastreerd. Bij reuen gaat het daarbij om verwijdering van de testikels. Castratie kan bij beide geslachten zowel de gezondheid als het gedrag beïnvloeden.

 

Effecten van castratie op gezondheid

Voor teven is het voorkomen van gezondheidsproblemen de meest voorkomende reden voor castratie. Castratie vermindert namelijk de kans op melkkliertumoren en baarmoederontsteking. Beide kunnen ontstaan door langdurige inwerking van oestrogenen en progesteron, de geslachtshormonen van teven. Hoe eerder de teef gecastreerd wordt, hoe kleiner de kans op melkkliertumoren en baarmoederontsteking.

 

Naast positieve effecten zijn er ook negatieve effecten van castratie: bij gecastreerde reuen en teven komen orthopedische problemen vaker voor dan bij intacte honden. Het gaat dan bijvoorbeeld om heup- en elleboogdysplasie en scheuring van de kruisband. Daarbij komen tumoren op plaatsen buiten het geslachtsstelsel, zoals de botten, de milt en de blaas, vaker voor bij gecastreerde honden.

 

Voor gezonde reuen heeft castratie meer nadelen dan voordelen. Voor gezonde teven is de keuze lastiger. Melkkliertumoren en baarmoederontsteking komen relatief vaak voor en kunnen ernstige gevolgen hebben. Het voorkomen van deze gezondheidsproblemen is een belangrijk argument voor castratie. Hier tegenover staan de eerder genoemde nadelen, waardoor je ook kunt besluiten om je teef intact te laten. Als je je teef wel laat castreren, wacht dan tot na de eerste loopsheid, om de kans op nadelen te verkleinen.

 

Effecten van castratie op gedrag

De invloed van castratie op gedrag kan sterk wisselen. Vanuit wetenschappelijk onderzoek is hierover weinig bekend. Teven worden zelden gecastreerd vanwege ongewenst gedrag. Er zijn indicaties dat castratie teven wat feller kan maken, waardoor voorzichtigheid geboden is bij teven die al vrij fel zijn.

 

Reuen worden wel vaak gecastreerd vanwege ongewenst gedrag. Hierbij is het belangrijk om na te gaan of het ongewenste gedrag daadwerkelijk wordt veroorzaakt door hormonen. Schijn kan bedriegen! Rijgedrag kan bijvoorbeeld veroorzaakt worden door hormonen, maar het kan ook voortkomen uit stress. In dat geval vermindert het niet na castratie. Een goede gedragstherapeut kan helpen inschatten of castratie het gewenste effect zal hebben. Ben vooral voorzichtig bij castratie van onzekere reuen. Een afname van testosteron kan de onzekerheid namelijk verergeren. In overleg met een gedragstherapeut en dierenarts kan eventueel een chemische castratie gebruikt worden om het effect van castratie als het ware te testen. Bij chemische castratie wordt een implantaat gebruikt, dat na bepaalde tijd zijn werking verliest.

 

Conclusie

Castratie kan voor- en nadelen hebben voor de gezondheid én het gedrag van je hond. De keuze kan lastig zijn en de effecten zijn niet altijd goed te voorspellen. Wil je hier meer over weten? Volg dan de lezing ‘Geholpen hond!?’ of koop het boek  ‘Hondengedrag begrijpen’. Het is raadzaam om te overleggen met zowel een gedragstherapeut als een dierenarts.

Dit artikel is geschreven door Pascalle Roulaux, BSc Diergeneeskunde en MSc Dierwetenschappen. Pascalle is een van de auteurs van Hondengedrag begrijpen en organiseert de lezing Geholpen hond!? voor eigenaren en professionals. Tijdens haar masterstudie deed ze onderzoek naar de effecten van castratie en inmiddels werkt ze als promovendus bij Universiteit Utrecht. Daarnaast is ze instructeur bij De Hondenacademie Boxtel.